…op ons nief terraske. Zo ’s avonds, in ’t zonneke, het allerlaatste zonneke van de dag. En uit het zicht van de kinders, precies of ge zijt er niet.
Eén woord: ZALIG!
We zijn al compleet verslingerd aan ons terrasje daar bij de villa. Het was labeurwerk, veel grond verleggen (ja, wéér grond verleggen), beetje pech met machinerie (uw goeie boormachine die flut zegt, en vervangen wordt door niet half zo’n krachtige machines van verschillende buren), en een beetje ziekjes zijn, maar vanaf heden is alles af. Het laatste steenschotpostje dus.
We hadden wel een idee waar we naartoe wilden, maar dat verandert hier meestal “al doende” wel een paar keer. Uiteindelijk was het een smal stukje terras voor het tuinhuis, met een bloembak links (omdat een verharding om de verharding maar niks is) en een grotere oppervlakte aan de zonnekant.
Groot genoeg om met zes te zitten, en de boys hun zwiepende ledematen alle plaats te gunnen die nodig is. Pubers, dat is ongelooflijk uit proportie: altijd als je denkt dat je de hele zoon gezien hebt hangt er nog wel ergens een arm of been waar je dat niet verwachtte.
Het begin: graafwerken. Gelukkig stond er een bloembak op de oprit, waar we een heel deel “goeie” grond in gekieperd hebben. We, da’s eigenlijk alleen man des huizes, ik zat een beetje zielig koortsig toe te kijken of alles naar wens liep. Verder hou ik ook niet zo van grondwerken, dus de timing van de microben was perfect 😉
Daarna maakten we de bloembak links: 2 steenschotten verzagen, met hoekijzers uit man zijn “schatkist” aan mekaar bevestigen en dan zo op de grond. Op de buitenhoek bevestigden we nog een stukje L-profiel dat in snelbeton op zijn plaats gehouden wordt. Heel het geval is zwaar genoeg, en als straks de terrasplaat er nog tegen ligt kan het geen kant meer uit. Voordeel van dat eerst te maken: ook hier werd direct aarde in geschept. Schaduwplanten mogen deze hoek opfleuren.
Nadat de plek voor het terras ongeveer uitgegraven werd zetten we enkele stokjes, kwam de waterpas tevoorschijn en keken we of er overal genoeg ruimte was.
Hier en daar nog een beetje bijwerken, worteldoek leggen en dan de “vuile” grond met steentjes die van de oprit komt een beetje verdelen over de oppervlakte. Dat scheelt een rit naar het containerpark, houdt de worteldoek op zijn plaats en zorgt voor drainage en stevigheid onder de balken.
Want ja, ook hier weer stabilisé, balken, en bij gebrek daaraan alles wat in de tuin nog te vinden was om zware dingen op te leggen. Een aantal betonstenen die ook al ontelbare keren verlegd zijn en loodzwaar wegen kregen eindelijk een laatste rustplaats. De dag daarna was alles uitgehard, en legden we de azobé steenschotten op hun plaats. Hier en daar een beetje inzagen om profielen, deuren en boordstenen mooi te laten aansluiten. Dat is ook de reden waarom de voorste rij en het terras in verschillende richtingen liggen: de ijzeren zijranden van de schotten houden we liever heel, ze zijn de stevigheid van heel de plank.Om alles af te werken en te beletten dat de helft (kleine overdrijvingen zijn mij niet vreemd) van onze tuin onder of op ons terrasje spoelt boordden we het geheel ook af. Daar waar de tuin hoger ligt met Ecoplank, waar het gazon quasi gelijk komt met Ecolat. we gebruikten deze materialen al eerder, om de borders af te boorden. De bedoeling is dat ze zo onzichtbaar mogelijk worden onder de beplanting, want zo heel echt mooi is dat natuurlijk niet. Mooiere versies, zoals Cortenstaal bijvoorbeeld zijn echter niet voor onze portemonnee en voor wat het “maar” moet dienen. Ook hier werden op de buitenhoeken ijzeren profielen bevestigd en in een putje beton vastgezet. En dan? Een eerste Ricard op een geïmproviseerde tafel. Wij hebben ons een hele tijd geamuseerd met dit project. Echt, geamuseerd. Stel dat je zelf zin hebt om aan zoiets te beginnen: wees welkom om het resultaat eens in ’t echt te komen bekijken.
Wij zijn er trots op!
THE END